Naar hoofdinhoud Naar footer

Waarden, wensen en behoeften

Laatst bijgewerkt op: 11-09-2025

Als iemand hoort dat hij of zij niet meer beter wordt, verandert er veel. Toch blijft zorg belangrijk, niet alleen medisch, maar ook voor het leven zelf. Waarden, wensen en behoeften helpen om te ontdekken wat voor een cliënt echt telt: wat maakt het leven waardevol? Welke grenzen zijn er? Wat geeft steun? Palliatieve zorg is: helpen dat iemand kan blijven leven op zijn of haar eigen manier.

Waarom zijn waarden, wensen en behoeften belangrijk?

Iedere cliënt is anders. De een wil vooral geen pijn, de ander wil nog iets beleven of afronden. Sommigen zoeken rust, anderen willen juist actief blijven. Door hierover te praten kun je de zorg afstemmen op de persoon en niet alleen op de ziekte.

Hoe voer je een gesprek over waarden, wensen en behoeften?

Zo’n gesprek ontstaat vaak vanzelf, tijdens het contact met de cliënt of de naasten. Een eenvoudige vraag kan veel inzicht geven, zoals:

  • ‘Wat zou u graag willen blijven doen, zolang het nog kan?’
  • ‘Waar kijkt u naar uit?’
  • ‘Wat betekent "goed leven" voor u in deze fase?’

De manier waarop jij luistert is minstens zo belangrijk als de vraag die je stelt. Er ontstaat vertrouwen door tijd te nemen, stiltes te laten vallen en open te staan. Wensen en behoeften raken vaak aan meerdere kanten van het leven: lichamelijk, psychisch, sociaal en spiritueel. Deze vier dimensies beïnvloeden elkaar en verdienen allemaal aandacht. Daarom kijk je breed en stem je de zorg af op de hele mens.

Niet iedereen kan of wil woorden geven aan wensen. Soms blijkt het uit gedrag of lichaamstaal. Je kunt achterhalen wat belangrijk is door goed te observeren, het levensverhaal te kennen en naasten te betrekken. 

Wat vandaag belangrijk is, kan morgen anders zijn. Daarom is het goed om regelmatig opnieuw het gesprek te voeren en flexibel te blijven. Wensen en behoeften zijn geen vaste lijst, maar een voortdurend proces van afstemmen.

Wat mogen cliënt en naasten van mij verwachten?

  • Dat jij het gesprek opent en helpt woorden te geven aan wat belangrijk is.
  • Dat je ook let op signalen in gedrag of lichaamstaal.
  • Dat je ruimte biedt voor veranderingen in wensen.
  • Dat je deze informatie meeneemt in het individueel zorgplan en deelt met het team.

Omdat jij dicht bij de cliënt staat, merk je vaak als eerste wat er speelt. Je hoeft niet alles zelf op te lossen, maar je kunt wel het verschil maken door te luisteren, te signaleren en collega’s te betrekken.