De afbeelding laat zien hoe het ziekteproces verloopt en wat de rol van palliatieve zorg en ondersteuning is. De afbeelding begint aan de linkerkant met de diagnose. Op dat moment is zorg en behandeling gericht op de ziekte. In de loop van de tijd zie je dat dit afneemt en zorg en behandeling gericht op klachten juist toeneemt. Tot je op het moment aankomt van de stervensfase. Dan is alle zorg en behandeling daarop gericht. Dit punt loopt totdat iemand overlijdt. Vanaf dat moment is er aandacht voor nazorg. Dit neemt in de tijd steeds meer af.
Vier fasen van palliatieve zorg
Laatst bijgewerkt op: 11-09-2025
In Nederland gebruiken we het model uit het Kwaliteitskader palliatieve zorg. Daarin worden vier fasen onderscheiden: ziektegerichte palliatie, symptoomgerichte palliatie, de stervensfase en de nazorg.
Elke fase vraagt om een andere benadering en ondersteuning. Door palliatieve zorg in fasen te verdelen, krijg je meer overzicht. Het helpt om beter te signaleren wat iemand nodig heeft, de zorg af te stemmen op het moment en samen met cliënt en naasten keuzes te maken.
De afbeelding laat zien hoe de zorg zich over de tijd ontwikkelt. Vanaf de diagnose tot en met de nazorg:
Hoe geef je zorg in elke fase?
In de fase van ziektegerichte palliatie ligt de nadruk nog op medische behandelingen die klachten kunnen verminderen of het functioneren verbeteren. Jij signaleert klachten en bespreekt wat voor de cliënt belangrijk is naast medische zorg.
In de symptoomgerichte fase gaat het vooral om comfort: pijn verlichten, rust en steun bij het dagelijks functioneren. Jij observeert veranderingen en stimuleert gesprekken over wensen en grenzen.
In de stervensfase is de zorg volledig gericht op comfort en waardigheid in de laatste dagen. Jij biedt nabijheid, rust en ondersteuning aan cliënt en naasten.
Na het overlijden volgt de nazorg. Jij geeft ruimte aan afscheid, biedt steun aan naasten en evalueert samen met het team de zorg.
Wat mogen cliënt en naasten van mij verwachten?
- Dat jij oog hebt voor veranderingen en deze bespreekt.
- Dat je uitlegt wat een fase betekent voor de zorg.
- Dat je passende zorg biedt, afgestemd op het moment.
- Dat je na het overlijden ook aandacht hebt voor nazorg.