Afbouwen van vrijheidsbeperking
Laatst bijgewerkt op: 17-04-2024
Het afbouwen van onvrijwillige zorg heeft een methodische aanpak nodig. Maar let op: elke cliënt heeft een ander verhaal en dus andere ondersteuning nodig. Er is geen standaard oplossing.
Veel cliënten worden in hun vrijheid beperkt, soms al jarenlang. Het afbouwen van bestaande vrijheidsbeperkende maatregelen of onvrijwillige zorg is in veel gevallen mogelijk, maar er is geen standaard oplossing die voor iedereen geldt. De cliënt en zijn omgeving zijn de sleutel in het verminderen van onvrijwillige zorg. Bekijk dus elke situatie apart, maar wel volgens dezelfde methodische aanpak.
Analyseer de huidige situatie
Begin met het analyseren van de huidige situatie met de cliënt en de familie of wettelijk vertegenwoordiger. Doe dit samen met meerdere disciplines waarbij vragen worden gesteld als:
- Waarom is deze maatregel ooit ingezet?
- Waar komt het risico (bijvoorbeeld op vallen of agressie) vandaan?
- Wat betekent dit gedrag van de cliënt? Gedrag heeft vrijwel altijd een oorzaak, het is een uiting van een gevoel van onveiligheid, van verzet tegen de zorg of de zorgomgeving, of een lichamelijke oorzaak als pijn of obstipatie.
Ga op zoek naar alternatieven
Behoeften van cliënten serieus nemen en goed omgaan met verzet van cliënten tegen de zorg of behandeling is belangrijk voor hun kwaliteit van leven. Als je iemands gedrag begrijpt, is het vaak mogelijk om creatieve oplossingen te vinden die minder ingrijpend en vaak net zo effectief zijn. Ook is het goed om het levensverhaal van de cliënt kennen. Waar vindt de cliënt ontspanning in, wat vond hij altijd leuk om te doen, waar heeft hij plezier in? Deze informatie helpt bij het zoeken naar een alternatief voor de onvrijwillige zorg.
Er zijn tegenwoordig veel alternatieven beschikbaar. Om een goede keuze te kunnen maken is het belangrijk om op de hoogte te zijn van de mogelijkheden. Alternatieven zijn in te delen in 5 categorieën:
- Andere bejegening en benadering (minder drang, tijden aanpassen op wensen van de cliënt, meer/minder/andere activiteiten).
- Aanpassingen in omgeving (loopcircuit, meer/minder prikkels, beeldmateriaal in bewegwijzering, andere groepssamenstelling).
- Materiële alternatieven (laag-laagbed, bedbox).
- Aanbieden van activiteiten of middelen die onrust verminderen, bijvoorbeeld snoezelen, ballendekens.
- Domotica (uitluistersysteem, sensor, camera, belmat).
Let op: hoewel domotica kan dienen als alternatief voor fixatie en andere traditionele ‘harde’ vormen van onvrijwillige zorg, is het goed te beseffen dat toezichthoudende domotica primair gericht is op het begrenzen en beveiligen van de cliënt. In de Wet zorg en dwang kan toezichthoudende domotica ook onder onvrijwillige zorg vallen. Het gebruik hiervan vraagt om een zorgvuldige afweging. Het VU Medisch Centrum heeft een handreiking ontwikkeld die zorginstellingen beoogt te ondersteunen bij een zorgvuldige en verantwoorde toepassing van domotica.
Plan van aanpak opstellen
Probeer het gekozen alternatief uit. Stel een plan op en maak afspraken met collega’s en familie, vrijwilligers en de wettelijk vertegenwoordiger. Observeer en rapporteer wat het effect is van het alternatief. Een alternatief is in principe vrijwillige zorg. Dat betekent dat de cliënt verzet zich niet tegen deze zorg en/of het alternatief.
Alternatieven evalueren
Evalueer het alternatief en bepaal of de nieuwe aanpak beter aansluit bij de behoeftes van de cliënt. Of zoek met het (multidisciplinaire) team verder naar alternatieven. In een aantal gevallen zal blijken dat een vrijheidsbeperkende maatregel gestopt kan worden zonder alternatief. Sommige alternatieven kunnen zelf ook vrijheidsbeperkend zijn, namelijk als de cliënt zich verzet.
Organiseer een volgend multidisciplinair overleg met externe expertise (bijvoorbeeld met CCE) als het niet lukt om een goed alternatief te vinden waarmee de cliënt of zijn vertegenwoordiger instemt.
Inzetten van onvrijwillige zorg
Als ook na de externe expertise de cliënt(vertegenwoordiger) niet akkoord gaat of zich verzet tegen de voorgestelde zorg, en er is geen andere mogelijkheid om het ernstig nadeel voor cliënt of omgeving te voorkomen, dan kan onvrijwillige zorg worden toegepast. De onvrijwillige zorg wordt dan regelmatig, maar in ieder geval tijdens de reguliere zorgplanbespreking geëvalueerd. Ook wordt dan bekeken of de onvrijwillige zorg nog nodig is en of er alternatieven mogelijk zijn. De onvrijwillige zorg wordt opgenomen in het zorgplan en in een registratiesysteem.