Besmettingen kunnen op verschillende manieren plaatsvinden. De meest voorkomende besmettingswegen zijn:
- Via direct contact. Door bijvoorbeeld met je handen besmet materiaal aan te raken. Denk aan direct contact tussen cliënt en medewerker bij het wassen op bed.
- Door de lucht. Hoesten, bijvoorbeeld door een cliënt, verspreidt micro-organismen in kleine vochtdruppeltjes in de lucht.
- Via een voorwerp. Denk aan deurklinken, telefoons, verpleegmaterialen die besmet zijn met micro-organismen. Deze pik je dan op met je handen als je deze materialen aanraakt.
- Via voedsel. Verspreiding van ziekmakende micro-organismen in voeding komt tot uiting in voedselinfecties.
- Via een insect of ander dier. Deze kunnen allerlei micro-organismen meenemen en elders achterlaten, bijvoorbeeld aan hun pootjes.
Er zijn micro-organismen die niet één, maar meerdere besmettingswegen hebben (bijvoorbeeld via de lucht én via bloed)