Naar hoofdinhoud Naar footer

Deel deze pagina via:

10 tips over het gebruik van een medicijndispenser

Gepubliceerd op: 14-07-2025

Een digitale medicijndispenser helpt cliënten om zelfstandig en op tijd hun medicijnen in te nemen. Dat scheelt zorgmedewerkers tijd én het voorkomt fouten. Klinkt goed, toch? Wil je ermee aan de slag in jouw team? Deze 10 tips laten je stap voor stap zien hoe je dat aanpakt. Ze zijn gebaseerd op de ervaringen van zorgorganisatie Careyn (wijkteam Vinkeveen), dat er al jaren succesvol mee werkt.

1. Begin in kleine stappen

Een nieuwe werkwijze invoeren hoeft echt niet meteen groots en meeslepend te zijn. Begin juist klein: kies één of twee cliënten die in aanmerking komen en begeleid hen goed bij de opstart. Zo kan het team rustig wennen en groeit de ervaring vanzelf mee. Fijn voor iedereen!

2. Maak stagiair(e)s onderdeel van het proces

Stagiair(e)s zijn vaak leergierig én enthousiast over technologie. Laat ze meedoen met het instellen en uitleggen van de dispenser. Koppel ze aan een vaste medewerker, dan leren ze meteen de fijne kneepjes van het vak én breng je frisse energie in het team.

3. Leg het goed vast in het rooster

Zorg dat het gebruik van de dispenser netjes wordt opgenomen in het rooster, met duidelijke tijden en frequentie. Stem goed af met de planner, zodat het logisch aansluit op andere zorgmomenten. Dat geeft overzicht en voorkomt dat iets per ongeluk wordt vergeten.

4. Geef de cliënt vertrouwen

Voor cliënten kan het spannend zijn om iets nieuws te proberen. Neem daarom de tijd om alles rustig uit te leggen. Laat zien hoe het werkt, oefen samen en benadruk vooral: het kan niet misgaan. Zo geef je vertrouwen; dat maakt alle verschil.

5. Zie het als een teamprestatie

Een medicijndispenser werkt pas écht goed als het hele team erachter staat. Zorg dus voor draagvlak: leg uit waarom het gebruikt wordt, wat de voordelen zijn en hoe iedereen bijdraagt aan een goede inzet. Laat teamleden bijvoorbeeld meedenken over geschikte cliënten, of nodig ze uit om een korte training of demo te volgen. Samen leren en proberen is vaak de sleutel tot succes.

6. Maak duidelijke afspraken

Wie vult het apparaat bij? Wie is het aanspreekpunt bij vragen of storingen? En in welke situaties kies je wel of juist niet voor een medicijndispenser? Maak hierover duidelijke afspraken binnen het team en leg die ook vast, bijvoorbeeld in het zorgdossier of teamoverzicht. Zo voorkom je misverstanden én maak je de inzet onderdeel van je standaard werkproces.

7. Normaliseer het gebruik

Maak van de medicijndispenser iets gewoons. Bespreek het regelmatig in het team, bijvoorbeeld bij nieuwe aanmeldingen of tijdens werkoverleggen. Benoem het als logische optie bij cliënten die nog (deels) zelfredzaam zijn in medicatie-inname. Door het gebruik te normaliseren, verlaag je de drempel. Zowel voor collega’s als voor cliënten en hun naasten.

8. Plan een vaste ‘vuldag’

Een vast moment in de week waarop de dispensers worden nagekeken en bijgevuld, helpt om overzicht te houden. Stem de ‘vuldag’ af op bestaande zorgmomenten of routes, zodat het efficiënt en werkbaar blijft. Noteer ook wie verantwoordelijk is per cliënt. Dan hoef je daar niet telkens over na te denken.

9. Durf het gewoon te proberen

Twijfel je of een cliënt ermee overweg kan? Probeer het toch eens uit. Met duidelijke uitleg, wat oefening en evaluatie kom je vaak een heel eind. Je zult zien: veel cliënten én hun naasten reageren juist positief. Gewoon doen dus.

10. Laat anderen meekijken

Heb je goede ervaringen? Deel ze! Organiseer een demonstratie in het team of laat collega’s eens meekijken bij een cliënt waar het goed loopt. Dat werkt aanstekelijk en helpt anderen over de drempel heen. Samen weet je altijd meer.