Dit blijkt uit onderzoek van de stuurgroep Ondervoeding, in samenwerking met de Nederlandse Vereniging van Diëtisten (NVD) en VUmc, afdeling Diëtetiek & Voedingswetenschappen. Ruim een half miljoen patiënten zijn op hun eerste opnamedag gescreend op ondervoeding. Resultaten zijn gepubliceerd in het prestigieuze tijdschrift The American Journal of Clinical Nutrition.
Langzamer herstel – hogere ziekenhuiskosten
Ondervoeding speelt in alle sectoren van de Nederlandse gezondheidszorg een grote rol. Ondervoede patiënten herstellen langzamer en hebben meer en ernstiger complicaties. Zij krijgen te maken met een verminderde spiermassa met als gevolg een afname van de algehele conditie en een afgenomen hart- en longcapaciteit. Dit heeft onder andere een langere opnameduur en een verhoogd gebruik van medicijnen tot gevolg, wat toename van de ziekenhuiskosten betekent.
Ook behandeling thuis nodig
Om ondervoeding tijdig te herkennen en behandelen screenen Nederlandse ziekenhuizen alle patiënten op ondervoeding. De gemiddelde opnameduur van een ondervoede patiënt is zeven dagen. In die periode kan de behandeling worden ingezet. Vaak is een vervolgbehandeling in de thuissituatie nodig. Overdracht van de voedingsbehandeling aan de huisarts, specialist ouderengeneeskunde en de eerstelijnsdiëtist is dan noodzakelijk.
Ondervoeding signaleren in de thuissituatie
De SNAQ 65+ is een signaleringsinstrument voor ondervoeding, ontwikkeld voor de groep ouderen die thuis woont en eventueel gebruik maakt van de thuiszorg. Het instrument is snel en eenvoudig te gebruiken. In plaats van het berekenen van BMI is gekozen voor het meten van de bovenarmomtrek omdat dit bij cliënten thuis makkelijk is uit te voeren. DeSNAQ RC is een soortgelijk signaleringsinstrument voor verzorgings- en verpleeghuizen.
Lees meer over de SNAQ 65+ en SNAQ RC, met info over gratis aanvragen, bijthema Eten en drinken > ondervoeding signaleren
https://youtu.be/_pwUdt_CnSM
Lees meer op Zorg voor Beter
Bron: