Mevrouw Peeters is dol op dieren. Toen ze thuis woonde had ze twee katten, een lapjeskat en een zwart-witte kater. Maar in het verzorgingshuis zijn katten niet toegestaan. Mevrouw Peeters zeurt nu al jaren dat ze zo graag een huisdier wilt. Haar verzorgers zoeken naar een oplossing en besluiten om een
robotkat aan te schaffen, voor de hele groep.
Mevrouw Peeters was dolblij toen ze het robotkatje zag. Samen met de andere bewoners van de groep gaven ze de kat een naam: Klaartje. Mevrouw Peeters knuffelt en borstelt haar elke dag en als haar dochter op bezoek komt, laat ze Klaartje trots zien. Ook de andere bewoners zijn gehecht geraakt aan de kat.
Na een maand wordt Klaartje weggehaald van de groep. De robotkat wordt ingezet bij andere bewoners. Het is namelijk te duur om voor elke woongroep een robot aan te schaffen. Mevrouw Peeters kan niet geloven dat ‘hun’ kat weg moet en is ontroostbaar. ‘Ik mis mijn maatje’ zegt ze steeds.